Volgens sommige vrienden was het een vroege midlifecrisis. Zal waar wezen. Voor mij was het meer terugvallen op een vroegere levensstijl en oude dromen. Ik heb altijd gehouden van mooie, te lange fietstochten. Het afzien, de tegenslag, de humor die daarbij loskomt. Aan het einde van de dag voor je tentje een bord pasta opschrokken. En ik vroeg me af: waarom ben ik daar eigenlijk mee gestopt?
Vandaag heeft m’n Santos de eerste (beetje te late) onderhoudsbeurt gehad. Minimaal 1600km in de wielen (ik heb niet alle ritten bijgehouden), waaronder een offroad-5daagse in het Zwarte Woud, en hij heeft me nog nooit in de steek gelaten. Het woon-werkfietsen gaat lekker, maar af en toe kijken we elkaar aan: Wanneer gaan we weer écht weg? En waar zullen we dan heengaan? Plannen worden gemaakt. Ideeën?
(Foto’s zijn een throwback naar zomer 2018, toen ik ’m net had.)






Geef een reactie