Je winkelwagen is momenteel leeg!
โ Terug naar overzicht LF Kustroute
Vandaag heb ik รฉรฉn taak: ik mรณet de trein van 20.27 uur in Bad Nieuweschans halen om vannacht huis te slapen. De route loopt grotendeels wat verder van de kust af en er zijn bomen, boerderijen en dorpen die beschutting bieden tegen de wind. Ik geniet van het landschap en het is ook weer duidelijk waarom we dit deel vroeger, tijdens een rondje Nederland, de schapenstront-route noemden.
We zijn alweer een heel eind verder, en ineens glijdt er een huis voorbij met de naam ‘Westerhouw’. Er gaat een belletje rinkelen. Een aantal jaar geleden verbleef mijn broertje een tijdje op landhuis Oosterhouw. Daar hebben we als familie een weekend doorgebracht en de laatste gezinsfoto’s gemaakt waar mijn vader nog op staat. Goede herinneringen! Inderdaad rijd ik een eindje verderop langs het landhuis. Het wordt verbouwd en mist de allure van toen.
Over bekende plaatsen en goede herinneringen gesproken. Onderaan alle plaatsnaambordjes zie ik ‘gem. Het Hogeland’ staan. Daar is hij dan: Ede Staal! De beloofde volgende naam in de categorie ‘geruststellend dialect‘. De man die hier vandaan komt en het Groninger landschap bezingt. Ik moet gelijk denken aan het torentje van Spijk (spreek uit: Spiek), zal dat hier ook ergens liggen? Een snelle blik op de kaart leert dat ik er doorheen kom. Mooi! In de kilometers die volgen fotografeer ik iedere toren uit de verte, in de hoop dat het het beroemde torentje van Spijk zal blijken te zijn. Na een half uur kijk ik nog eens goed op de kaart of ik er misschien al voorbij ben. Wรกt?! Nog 50 kilometer. Okรฉ, de telefoon kan nog even terug in m’n zak.
In Spijk aangekomen zet ik het torentje op de foto, maar in het liedje blijft ‘ie toch het mooist.
’t Is de lucht achter Oethoezen
’t Is ’t torentje van Spiek
’t Is de weg van Lains noar Klooster
En deur Westpolder langs de diek’t Binnen de meulens, en de moaren
’t Binnen de kerken en de bรถrgen
’t Is ’t laand woar ik as kind
Nog niks begreep van pien of zรถrgenDat is mien laand, mien Hoogelaand.
Daar fiets ik dan, door ’t Hoogelaand van Ede Staal. Met weemoed denk ik terug aan de tijd die ik nooit heb gekend. Of eigenlijk wel: als m’n eigen, zorgeloze kindertijd.
Zoals het een laatste dag betaamt, gaat het snel. Na 80 kilometer had ik al genoeg speling voor koffie met appeltaart. Intussen heb ik Renate laten weten dat ik de trein van 18.28 uur haal. Even later baal ik daar weer van: waarom leg ik mezelf die druk op? Aan de andere kant heb ik geen zin meer om te treuzelen, waait het hier minder hard en op sommige stukken heb ik zelfs even wind mee!
Dan zijn daar toch nog onverwacht de windmolens met rode markering die Duitsland aankondigen.
Nu al? Alleen de Westerwoldsche Aa bevindt zich nog tussen m’n fiets en de grens in. Pas bij Bad Nieuweschans kan die worden overgestoken en passeer ik na een kleine lus de grens. Na 161 kilometer vandaag en ruim 700 kilometer in afgelopen vier dagen houdt de route op, zonder verdere notificatie.
Wat voel ik? Ben ik blij, opgelucht, trots, misschien een tikje weemoedig? Eerst maar eens de trein halen.
Geef een reactie